De Molenaarszonen van Keulers uit Kathagen

 
 

De molenaarszonen van Keulers uit Kathagen (’n anekdote)
 
De oude molenaar Keulers uit Kathagen had 8 kinderen 5 jongens en 3 meisjes.
De oudste zoon Arnold (*1895) en twee jongere broers Zef (*1903) en Hoebert (*1906) bleven ongehuwd en werkten samen met hun vader op de molen / boerderij.
 
De meesten van ons kennen wel de verhalen dat de broers graag een borrel lusten en dat ze tijdens leveringen met kar en paard graag een stop maakte bij een van de vele cafés langs de route waarna het paard ook met slapende koetsier de weg naar huis in Kathagen wist te vinden…. De knol wist waar de haver zak hing!
 
Minder bekend is wellicht het verhaal dat het ook fervente kaartspelers waren die graag een gok waagden met een spelletje toepen of klaverjassen. Wie dat wel wist was de oude Vader Keulers en die hield zijn jongens dan ook strak in de gaten… dacht hij.
 
Op een grauwe regenachtige herfstdag werd de reis langs bakkers en boeren weer eens onderbroken bij een van de vele pleisterplaatsen langs de route …zogenaamd om zich even op te warmen. Het kan zomaar bij Café Harst in Kathagen geweest zijn want dat was familie.
Ach, en een spelletje kaart kon ook wel. In het begin werd flink gewonnen tot het geluk zich tegen hun keerde… ze verloren, verloren opnieuw en bleven verliezen.
 
Wat nu? Al hun geld zat bij de tegenspelers en dat geld moest terug. Iemand opperde dat ze nog wel een keer konden spelen met als inzet een zak meel van de kar… Maar of de duvel ermee speelde, ook dat spel werd verloren en in plaats van de 10 zakken waarmee de oude Keulers ze thuis verwachtte stonden er nog maar 9 zakken op de kar.
 
Toch kwamen de gehaaide broers er zonder kleerscheuren thuis vanaf .
 
Bij hun volgend café bezoek vertelden ze hoe ze het geflikt hadden.
Ze moesten 10 zakken afladen onder het streng toeziend oog van de oude Molenaar. De oudste zoon had de eerste zak van de kar gepakt en had hem op zijn rug naar binnen gedragen terwijl hij tegen zijn vader zei: Kijk Pa dat is nummer 10. De volgende zoon herhaald dat: Dat is nummer 9. Zo werden de zakken verder naar binnen gesjouwd: de nummers 8, 7 en 6 waar bij een van de zonen de oude Mulder voorrekende: Dat was dus nummer 6 en er staan er nog 4 op de kar: dat is samen 10.
 

Uit de overlevering….(o.a. Lei Coenen, "get oet owd Nuth")

 

Reacties

Populaire posts van deze blog

Een brug verder, die andere Sergeant: Hub Ritzen

Protestanten en het Katholieke Nuth, Meester van Loo

Nuth van Toen Varia